30 september 2019
Schade door gaswinning: is de Nederlandse Staat aansprakelijk?
Onlangs deed de Hoge Raad een uitspraak over de schade door gaswinning en of de Nederlandse Staat hier mogelijk aansprakelijk voor is. Wat betekent dit voor jou? En wat is nu de stand van zaken?
Nederlandse Staat is mogelijk aansprakelijk voor de schade
De Nederlandse Staat kan aansprakelijk zijn voor aardbevingsschade. Dat heeft de Hoge Raad gezegd in zijn uitspraak van 19 juli 2019. Hierin geeft de Hoge Raad antwoord op vragen van de Aardbevingskamer van de rechtbank Noord-Nederland. Een van die vragen ging over de aansprakelijkheid van de Nederlandse Staat. De Hoge Raad vindt dat de Nederlandse Staat niet onder haar aansprakelijkheid uit kan met het argument dat de NAM exploitant is.
De rechtbank gaat nu beoordelen of de Staat wel aansprakelijk is. De rechtbank bekijkt dan of de Nederlandse Staat voldoende maatregelen heeft genomen om zonder risico’s gas te winnen. Heeft de Staat dat niet gedaan of waren de maatregelen onvoldoende, dan is de Nederlandse Staat aansprakelijk. Deze uitspraak van de Hoge Raad is positief, maar zorgt in de praktijk niet meteen voor verandering.
NAM moet bewijzen dat het geen aardbevingsschade is
Dit heet ook wel omkering van de bewijslast. Normaal gesproken moet je als gedupeerde bewijzen dat je schade lijdt door gaswinning. Nu moet de NAM aantonen dat jouw schade niet door gaswinning is veroorzaakt. Dit kan de NAM doen door bewijs te leveren dat de schade een andere oorzaak heeft. Als de NAM dat bewijs niet kan leveren, dan staat voor de rechter vast dat het om aardbevingsschade gaat. Vervolgens rijst de vraag hoe hoog de schadevergoeding moet zijn.
Ook vergoeding van andere schade is mogelijk
Naast fysieke schade, zoals schade aan de woning, kan de rechter ook andere schade toewijzen zoals:
- immateriële schade
- gederfd woongenot
- waardevermindering
Voor deze schade is bewijs nodig. In de praktijk is het lastig om immateriële (emotionele) schade aan te tonen. Gederfd woongenot wordt berekend door uit te gaan van niet genoten huurinkomsten. Waardevermindering is alleen vast te stellen op het moment dat de woning verkocht is of op het moment dat de bodem volledig tot rust is gekomen. De rechter kan een voorschot op de schadevergoeding toewijzen.
Lees de volledige uitspraak van de Hoge Raad.
Stuwmeerregeling: wat houdt dit in?
Partijen kunnen een regeling met elkaar treffen over een vergoeding, uitkoop of garantie. De Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen (TCMG) heeft de zogeheten stuwmeerregeling gemaakt. De bedoeling is om hiermee een groot aantal openstaande schadedossiers af te handelen. De regeling is van toepassing op schademeldingen die vóór 13 juni 2019 zijn ingediend en nog open staan.
Je kunt kiezen voor:
- een vaste vergoeding van € 4.000;
- óf een variabele vergoeding. In dat geval worden de herstelkosten vergoed op basis van de facturen van een aannemer tot een maximum van € 10.000.
In beide gevallen komt er een vaste vergoeding bij van € 1.000 voor overige schade.
Wat gebeurt er nadat ik het aanbod accepteer of afwijs?
De TCMG probeert alle schadedossiers in 2019 af te handelen en wordt daarna opgeheven. Accepteer je het aanbod van de TCMG op basis van de Stuwmeerregeling? Dan sluit de TCMG al jouw openstaande schademeldingen. Je kunt wel weer een nieuwe schade melden. Deze schade volgt dan het reguliere schadeproces. Dit geldt ook als je het aanbod van de TCMG niet accepteert.
Nieuwe uitvoeringsorganisatie per 1 januari 2020
Het Centrum Veilig Wonen (CVW) dat in 2015 is opgericht, wordt per 1 januari 2020 opgeheven. De Arbiter Bodembeweging die in 2016 is ingesteld wordt naar verwachting ook rond 1 januari 2020 opgeheven. De Nationaal Coördinator Groningen (NCG) gaat per 1 januari 2020 over in een nieuwe uitvoeringsorganisatie.
Bekijk hier meer informatie over de Stuwmeerregeling en de actuele cijfers.
Deel dit bericht