Ga naar inhoud

Letsel

Veelgestelde vragen

Letselschade

We spreken van letselschade als je gewond bent geraakt door een ongeluk, een strafbaar feit of een medische fout. Letsel kan een lichamelijke verwonding zijn, maar je kunt ook geestelijk of psychisch letsel hebben. Dit letsel zorgt vaak voor extra kosten.

Bij letselschade staat je leven op zijn kop. Terwijl je bezig bent met je letsel en herstel, moet je óók nog eens allerlei ingewikkelde dingen regelen bij veel verschillende organisaties. Het is belangrijk dat je hier goede begeleiding bij krijgt.

Onze ervaren juridisch specialisten staan elk jaar duizenden slachtoffers van letselschade bij. Ook jou helpen we graag. Bijvoorbeeld door een groot deel van het regelwerk voor je uit handen te nemen. Zo kunnen we je leven weer iets makkelijker maken.

Dat verschilt per persoon en hangt van veel dingen af. Het hangt in de eerste plaats af van hoe je herstel gaat.

Je schade kan pas helemaal worden vastgesteld en verhaald wanneer:

  • je hersteld bent óf;
  • je in een 'medische eindsituatie' zit. Dit betekent dat artsen niet verwachten dat er nog iets gaat veranderen aan je herstel.

Hoelang de behandeling van je zaak duurt, hangt ook af van hoe snel de nodige informatie verzameld wordt. En hoe snel de tegenpartij (de persoon die het ongeluk heeft veroorzaakt) de aansprakelijkheid en schade accepteert. Als dit zorgt voor vertraging in jouw zaak, dan spreken we de tegenpartij daarop aan.

Voor de afwikkeling van letselschade bestaat de Gedragscode Behandeling Letselschade (GBL). In de GBL staan afspraken en gedragsregels die ervoor zorgen dat deze afwikkeling goed gaat. Als slachtoffer sta jij hierin centraal.

In de GBL staat ook de Medische Paragraaf. Deze is bedoeld om het medisch beoordelingstraject soepel te laten verlopen. Univé Rechtshulp werkt volgens de GBL en de Medische Paragraaf.

Als jouw zaak over een medische fout gaat, dan is de GOMA van toepassing. In deze gedragscode staan adviezen om de behandeling van je dossier en de openheid over medische fouten te verbeteren.

Wil je meer weten over de GBL en GOMA? Ga dan naar de website van De Letselschade Raad of vraag jouw rechtshulpverlener om uitleg.

Affectieschade of shockschade is immateriële schade die je oploopt als naaste van een slachtoffer met letselschade. 

Situaties waarin sprake kan zijn van affectieschade:

  • Je naaste heeft een handicap door het ongeluk en heeft elke dag jouw zorg nodig.
  • Je zag jouw naaste verongelukken en je hebt daar mentale klachten aan overgehouden.

Affectieschade is in sommige gevallen ook te verhalen op de aansprakelijke partij. Een jurist kan je meer vertellen over de mogelijkheden in jouw situatie.

Immateriële schade kun je niet direct in geld uitdrukken. Voorbeelden zijn:

  • lichamelijke schade door het ongeluk, zoals brandwonden, botbreuken of een whiplash
  • littekens waar je veel last van hebt, bijvoorbeeld omdat je je ervoor schaamt.
  • verdriet, omdat je je werk, hobby’s of andere dagelijkse dingen niet meer kunt doen. Of alleen op een andere manier, bijvoorbeeld met een medisch hulpmiddel.
  • mentale klachten door het ongeluk.
  • zorgen over de gevolgen van je klachten of handicap.
  • een lange opname in het ziekenhuis, lang proces van genezing of geen uitzicht op herstel.
  • eenzaamheid, bijvoorbeeld omdat je minder contact kunt hebben met anderen sinds het ongeluk.

Letsel kan tot allerlei schadeposten leiden. Denk aan:

  • schade aan je spullen, bijvoorbeeld aan je fiets, auto of kleding;
  • reis- en verblijfkosten;
  • kosten voor vervangend vervoer;
  • medische kosten die je zorgverzekeraar niet vergoedt. Je moet ze dus wel eerst bij je zorgverzekeraar indienen;
  • verlies van arbeidsvermogen. Dat betekent dat je niet of minder kunt werken;
  • misgelopen inkomsten als je tijdelijk of blijvend minder (of niet) werkt;
  • huishoudelijke hulp;
  • mantelzorg;
  • verlies van zelfwerkzaamheid. Dat betekent dat je bijvoorbeeld klusjes in en om het huis niet of minder goed kunt doen;
  • studievertraging;
  • smartengeld als vergoeding voor je pijn en ongemak. Het precieze bedrag wordt bepaald aan het eind van je zaak. Het bedrag is afhankelijk van verschillende dingen. Zoals het soort letsel dat je hebt en hoe ernstig je klachten zijn.

Letsel kan op allerlei verschillende manieren ontstaan. Bijvoorbeeld door een verkeersongeval, een ongeluk op je werk, of een medische fout. Als je hierdoor schade hebt, dan heet dat letselschade.

Is iemand anders aansprakelijk voor jouw letselschade? Dan heb je recht op een schadevergoeding. Om de vergoeding te krijgen, moet je de veroorzaker van de schade aansprakelijk stellen. Doe dit zo snel mogelijk. Letselschade kan namelijk verjaren. Dat betekent dat je na een bepaalde periode (de 'verjaringstermijn') geen schadevergoeding meer kunt krijgen.

In de meeste gevallen is de termijn van verjaring vijf jaar. Vanaf het moment dat je weet wie je schade heeft veroorzaakt, heb je dus vijf jaar de tijd om een schadevergoeding te vragen.

Soms is er een andere termijn van verjaring

Hou er rekening mee dat in sommige situaties een andere termijn van verjaring kan gelden. Bijvoorbeeld als:

  • je jonger dan 18 jaar bent. De verjaringstermijn gaat dan in vanaf de dag dat je 18 jaar wordt.
  • als je in het verkeer schade hebt gekregen door een motorvoertuig. Zoals een auto, motor, brommer of scooter. Je hebt drie jaar om de verzekeraar van de tegenpartij aansprakelijk te stellen. En je hebt vijf jaar om de veroorzaker van je schade persoonlijk aansprakelijk te stellen.

Verjaring stoppen

Om te voorkomen dat jouw zaak verjaart, kun je de verjaringstermijn 'stuiten'. Dat is een juridische term voor het stoppen van de verjaring.

Je doet dit door de veroorzaker van de schade, of diens verzekeraar, een aangetekende brief met ontvangstbevestiging te sturen. In je brief zet je dat je de verjaring wil stuiten en dat je jouw recht op schadevergoeding wilt behouden. Er begint dan een nieuwe verjaringstermijn te lopen.

Het maakt niet uit hoeveel keer je de verjaring stopt. Volgens de Nederlandse wet kun je dit onbeperkt blijven doen. Wel is het belangrijk dat je de verjaring stopt op een manier die klopt en geldig is. Onze juristen helpen je hier graag bij.

Als slachtoffer van een strafbaar feit ben je vaak afhankelijk van het Openbaar Ministerie en de Officier van Justitie. De Officier van Justitie beslist namelijk of de verdachte wel of niet wordt vervolgd. Soms besluit de Officier van Justitie om niet te vervolgen. Bijvoorbeeld als er onvoldoende bewijs is. Ben jij het slachtoffer? En ben je het niet eens met dit besluit van de Officier van Justitie? Dan kun je de artikel 12 Sv.-procedure gebruiken. We noemen dat ook wel de beklagprocedure van artikel 12 Sv. Hieronder leggen we uit wat zo’n procedure inhoudt.

Hoe ziet de artikel 12 Sv.-procedure eruit?

De Officier van Justitie besluit geen vervolging in te stellen. Je krijgt hier bericht over. Daarna kun als slachtoffer een verzoekschrift indienen bij het Gerechtshof. Het verzoekschrift moet je binnen drie maanden na de beslissing van de Officier van Justitie indienen. Dit doe je bij het Gerechtshof in het arrondissement waar de zaak zich afspeelt. Je maakt duidelijk waarom je vindt dat er toch vervolging tegen de verdachte moet worden ingesteld.

Het Gerechtshof gaat daarna het verzoekschrift beoordelen. Ze kijken daarbij dan naar de volgende zaken:

  • de beslissing van de Officier van Justitie,
  • de feiten van de zaak
  • en de redenen waarom de Officier van Justitie heeft besloten niet te vervolgen.

Jij kunt aangeven waarom het belangrijk is dat de verdachte toch wordt vervolgd. Dit kun je zelf doen. Wij kunnen je vaak ook helpen. De Officier van Justitie krijgt de kans om uit te leggen waarom er toch geen vervolging moet plaatsvinden.

Het Gerechtshof doet daarna uitspraak. Vindt zij dat er toch voldoende reden is om de verdachte te vervolgen? Dan kan het Gerechtshof de Officier van Justitie opdracht geven om de vervolging alsnog te starten. Is het Gerechtshof het niet met jou eens? Dan wijst ze jouw verzoek af. En blijft de beslissing van de Officier van Justitie om niet te vervolgen bestaan.

Wat moet je doen als je een artikel 12 Sv.-procedure wilt starten?

Heb je het bericht van de Officier van Justitie binnen? Meld de zaak dan zo snel mogelijk bij ons aan. Wij kunnen bekijken of het zin heeft om tegen het besluit bezwaar aan te tekenen. Ook kunnen we je helpen bij het opstellen van het verzoekschrift.