Ga naar inhoud

Werk en inkomen

Veelgestelde vragen

Vakantie en verlof

In de Wet Arbeid en Zorg (WAZO) staat bij welk soort verlof je wel of niet betaald krijgt.

  • Bij vakantiedagen en kraamverlof: jouw werkgever betaalt je altijd door.
  • Bij zwangerschapsverlofbevallingsverlof en adoptieverlof: het UWV betaalt je altijd door. Je krijgt dus geen inkomen van je werkgever.
  • Bij kortdurend zorgverlof: jouw werkgever moet je minimaal 70% van jouw loon blijven betalen.
  • Bij calamiteitenverlof: bij een calamiteit (onverwachte noodsituatie) heb je recht op calamiteitenverlof van je werkgever. Dat is betaald verlof om het probleem op te lossen. Daarom duurt het maar kort, van een paar uur tot een paar dagen. Er kan in je arbeidsovereenkomst of cao staan dat het calamiteitenverlof wordt afgetrokken van jouw bovenwettelijke vakantiedagen.
  • Bij andere soorten verlof (zoals langdurend zorgverlof of ouderschapsverlof): meestal krijg je niet doorbetaald, maar in jouw arbeidsovereenkomst of cao kunnen andere afspraken staan. Als dat zo is, dan gelden die afspraken.

Je hebt in ieder geval recht op een bepaald aantal 'wettelijke' vakantiedagen. Hiermee kun je minimaal vier weken per jaar met vakantie.

Deze vakantiedagen bouw je op in wettelijke vakantieuren. Die uren zijn vier keer het aantal uur dat je per week werkt. Werk je bijvoorbeeld 20 uur per week? Dan heb je recht op 4 x 20 uur = 80 wettelijke vakantieuren per jaar.

Je werkgever mag aan deze wettelijke vakantiedagen nog 'bovenwettelijke' vakantiedagen toevoegen. Als je hier recht op hebt, dan staat dat in jouw arbeidsovereenkomst of cao.

Je werkgever mag aan de wettelijke vakantiedagen nog 'bovenwettelijke' vakantiedagen toevoegen. Als je hier recht op hebt, dan staat dat in jouw arbeidsovereenkomst of cao.

Ja, ook tijdens ziekte blijf je gewoon wettelijke vakantiedagen opbouwen. Je hebt dus recht op net zoveel vakantiedagen als een collega die niet ziek is.

Of je tijdens ziekte ook bovenwettelijke vakantieuren opbouwt, staat in jouw arbeidsovereenkomst of cao.

Gaat het om wettelijke vakantiedagen die je na 1 januari 2012 hebt opgebouwd? Dan zijn die na zes maanden niet meer geldig. Wettelijke vakantiedagen over 2023 kun je dus gebruiken tot en met 30 juni 2024.

Bovenwettelijke vakantiedagen zijn tot 5 jaar geldig. Bovenwettelijke vakantiedagen over 2023 kun je dus gebruiken tot en met 31 december 2028.

Ga je uit dienst? Dan kan er discussie ontstaan over hoeveel vakantiedagen je nog over hebt. Je werkgever moet deze dagen goed bijhouden in de administratie.

Nee. Je bouwt tijdens het jaar jouw vakantiedagen op. Deze dagen zijn dus niet in januari ineens allemaal beschikbaar voor dat jaar.

Wel kun je met je werkgever afspreken dat je alvast wat vakantiedagen krijgt die je nog niet hebt opgebouwd. Zo kun je bijvoorbeeld toch een paar weken op zomervakantie.

Let op: ga je uit dienst en heb je vakantiedagen gebruikt die je nog niet hebt opgebouwd? Dan kan jouw werkgever de vakantiedagen die je nog niet hebt opgebouwd aftrekken van jouw laatste salaris.

Zijn er bovenwettelijke vakantiedagen die je niet hebt gebruikt? Dan kun je je werkgever vragen om deze tijdens jouw arbeidsovereenkomst aan je uit te betalen. Je werkgever is niet verplicht om dat te doen, dus die moet het dan wel eens zijn met je verzoek.

Wettelijke vakantiedagen mag je niet laten uibetalen zolang je nog in dienst bent.

Je moet samen met je werkgever overleggen in welke periode je vakantie neemt. Het kan zijn dat die periode je niet helemaal goed uitkomt.

Je werkgever moet goede redenen hebben om je wensen te weigeren. Zo’n reden kan zijn: in de periode waarin jij op vakantie wilt, zijn er al te veel mensen met vakantie en de zaak moet natuurlijk wel blijven draaien.

Heb je schriftelijk vakantie aangevraagd? En komt je werkgever binnen 14 dagen niet met goede redenen om je vakantie te weigeren? Dan mag je op vakantie tijdens de periode waarin jij wilt gaan.

Nee. Volgens de wet heb je alleen in bepaalde gevallen recht op calamiteitenverlof en ander kort verzuimverlof. Dit geldt voor het overlijden of een begrafenis van:

  • je huisgenoot
  • je ouder
  • je kind
  • je opa of oma
  • je broer of zus
  • je kleinkind

Dit is betaald verlof. Je hoeft hiervoor dus geen vakantiedagen in te leveren.

In andere gevallen heb je volgens de wet geen recht op verlof. Je werkgever kan je dus vragen om een vakantiedag in te leveren als je tijdens werk naar een begrafenis wilt gaan. Maar het kan ook zijn dat je werkgever daar niet moeilijk over doet.

Wil je een vrije dag voor jouw huwelijk of dat van een familielid? Ook dan heb je volgens de wet geen recht op verlof. Wel kun je volgens jouw arbeidsovereenkomst, cao of bedrijfsreglement recht hebben op bijzonder verlof.

Is er geen regeling voor bijzonder verlof? Overleg dan met je werkgever. De meeste werkgevers zijn soepel. Er is dus een grote kans dat je alsnog betaald verlof krijgt voor de bruiloft.

Dat kan, maar hoeft niet.

Bij zwangerschapsverlof en bevallingsverlof betaalt het UWV de uitkering meestal aan jouw werkgever. Vaak betaalt het UWV 100% van je inkomen uit, maar er is een maximale grens. Als je inkomen hoog is, kan het dus gebeuren dat je geen 100% krijgt van het UWV.

Je werkgever is wel verplicht om jouw complete loon door te betalen. Als het UWV alleen een deel van je inkomen betaalt, dan moet je werkgever dit deel dus aanvullen tot jij 100% van jouw loon hebt.

Bij kortdurend zorgverlof hoeft de werkgever meestal maar 70% van je loon door te betalen. Maar in jouw arbeidsovereenkomst of cao kan er staan dat je toch 100% krijgt.