Begrippen
A
Aangifte (van iets strafbaars) | Als je weet dat iemand iets strafbaars gedaan heeft, kun je dat officieel melden bij de politie. Dat heet aangifte doen. Bij een ernstig misdrijf moet je soms zelfs aangifte doen. |
Aansprakelijk stellen | Verantwoordelijk houden voor schade. |
Achterstallig onderhoud | Als een woning slecht of helemaal niet onderhouden wordt. En er daardoor ernstige schade ontstaat aan de woning. Of aan de gezondheid van de bewoner. Het gaat dan om maanden of jaren van slecht of geen onderhoud. |
Achterstallig salaris | Het salaris dat de werkgever nog moet betalen aan de werknemer, maar te laat is. |
Actueel belang | Als je bezwaar wilt maken tegen een besluit van de overheid, dan moet je daar een belang bij hebben dat nu bestaat. Gaat het om iets dat misschien kan gebeuren? Dan is er dus geen actueel belang. |
Adoptieverlof | Een vrije periode voor werknemers die een adoptiekind of een pleegkind in huis nemen. |
Affectieschade | Een vergoeding voor naasten of nabestaanden met een dierbare die ernstig en blijvend letsel heeft door een ander. Of die overleden is door een ander. Deze vergoeding is er voor het verdriet en de pijn die de naaste of nabestaande heeft door de gebeurtenis. Affectieschade is een vorm van smartengeld. |
Algemene voorwaarden | De regels die gelden als je een product of dienst koopt. En deel zijn van de overeenkomst met de verzekeraar. Zoals de regels over garantie. Samen met de verkoper moet je je aan de algemene voorwaarden houden. Behalve als die voorwaarden niet geldig zijn. |
Alimentatie (kinderen) | Een vergoeding waarmee je als ouder meebetaalt aan de verzorging en opvoeding van je kinderen. Ouders zijn altijd verantwoordelijk voor de kosten van de kinderen. Ook als de ouders uit elkaar zijn. |
Alimentatie (partner) | Een vergoeding waarmee iemand meebetaalt aan het onderhoud van diens ex-partner. |
Appèl | Als een hogere rechter beslist over een zaak die al behandeld is door een lagere rechter. In appèl gaan heet ook wel in beroep gaan. Of in hoger beroep gaan. |
Appellant | De partij die iets eist in hoger beroep. |
Arbeidsconflict | Een ruzie of ernstig meningsverschil met je werkgever of een collega. Dit gaat lang door en wordt niet goed opgelost. Daardoor voel je je slecht, gespannen en kun je arbeidsongeschikt worden. |
Arbeidsovereenkomst | Een overeenkomst waarin je afspraken met je werkgever staan. Je hebt een arbeidsovereenkomst als je in loondienst bent. Een arbeidsovereenkomst heet ook wel een arbeidscontract. |
Arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd | Een tijdelijk contract met je werkgever. Na de afgesproken periode stopt het contract vanzelf. Behalve als je werkgever het contract verlengt. |
Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd | Een vast contract met je werkgever. Het contract loopt door totdat jij of je werkgever het stopt. Daarbij geldt een opzegtermijn. |
Arbeidsongeschikt | Door ziekte je werk minder goed of helemaal niet kunnen doen. |
Arbeidsongeval | Een ongeluk op of tijdens het werk. |
Arbeidsrecht | Juridische tak die gaat over de rechten en plichten van werknemers en werkgevers. De afspraken over deze rechten en plichten staan meestal in de arbeidsovereenkomst. |
Arbeidsvoorwaarden | De voorwaarden waarop je werkt. Zoals je salaris, je vakantiedagen en hoelang je contract duurt. De arbeidsvoorwaarden spreek je af met je werkgever. Ze staan in je arbeidsovereenkomst en vaak ook in een cao. |
Arbeidsvoorwaardengesprek | Gesprek waarin je de afspraken over je werk bespreekt met je werkgever. |
Arbitrage | Een manier om een conflict op te lossen zonder de rechter. Een expert (arbiter) beslist dan over het conflict. |
Arrest | Een uitspraak van de Hoge Raad of een gerechtshof. |
Akte | Een officiële overeenkomst of schriftelijke verklaring. Deze wordt gemaakt en ondertekend door een notaris, rechter of openbare ambtenaar van de burgerlijke stand. |
Akte van cessie | Een officieel document waarmee iemand zijn schulden aan een ander geeft. |
Akte van levering | Een officiële overeenkomst waarmee een woning een nieuwe eigenaar krijgt. De notaris maakt deze akte. De koper en verkoper ondertekenen het document. De akte van levering heet ook wel leveringsakte, eigendomsbewijs, eigendomsakte of transportakte. |
Ambtenarenrecht | Juridische tak die gaat over de rechten en plichten van ambtenaren. |
B
Bedenktijd | De periode waarin je als particuliere klant een product of dienst kunt beoordelen en terugsturen als het niet klopt met je verwachtingen. Het gaat hierbij om een product dat je op afstand hebt gekocht. Dus niet in de winkel, maar bijvoorbeeld online of via een tijdschrift. De bedenktijd heet ook wel zichttermijn of herroepingsrecht. |
Bedrijfsaansprakelijkheid | Het risico dat je als ondernemer hebt als je schade veroorzaakt aan iemand anders, zoals een klant. Het gaat dan om schade die jij of jouw medewerker, product of dienst veroorzaakt heeft aan een ander. Of aan de spullen van een ander. |
Beëindigingsovereenkomst | Een overeenkomst met de afspraken die jij en je werkgever gemaakt hebben over jouw ontslag. Je gaat dan allebei akkoord met het ontslag. Een beëindigingsovereenkomst heet ook wel een vaststellingsovereenkomst. |
Belang | Het voordeel waarvan je denkt dat je er recht op hebt. Om dit te kunnen krijgen, moet je het eisen. |
Belanghebbende | Iemand die een direct voordeel kan hebben bij een rechtszaak of vordering. |
Belemmering | Als iets in de weg staat en het lastig maakt om iets te doen. Of als er iets gebeurt waardoor het lastig is om een afspraak of regel te volgen. |
Bemiddelaar | Een onafhankelijke expert die jou en de ander helpt om een conflict op te lossen. Een bemiddelaar heet ook wel een mediator. |
Bemiddeling | Een manier om een conflict op te lossen zonder de rechter. Een deskundige (mediator) helpt je dan om er samen met de ander uit te komen. Bemiddeling heet soms ook wel mediation. Bemiddeling is alleen mogelijk als de persoon met wie je een meningsverschil hebt, hieraan wil meewerken. |
Benadeelde partij | Een slachtoffer dat schade heeft en in een strafzaak een vergoeding van de veroorzaker eist. |
Beneficiair aanvaarden | Een erfenis accepteren, zonder het risico dat je moet betalen voor mogelijke schulden van de overledene. Als de overledene schulden had, dan worden deze dus eerst betaald. Daarna krijg je jouw deel van de erfenis. Hierbij kan het zijn dat er minder of zelfs niets van de erfenis overblijft na het betalen van de schulden. |
Bepaling | Een bepaald deel van een wet (‘artikel’) of een afspraak in een overeenkomst. |
Beroep | Als een hogere rechter beslist over een zaak die al behandeld is door een lagere rechter. In beroep gaan heet ook wel in hoger beroep gaan. Of in appèl gaan. |
Beroepsaansprakelijkheid | Het risico dat je als ondernemer hebt als je schade veroorzaakt aan een ander. Het gaat dan om schade die ontstaan is door een fout van jou of van je medewerker. Door deze fout heeft een ander financiële schade. Denk bijvoorbeeld aan het geven van verkeerd advies waardoor een klant veel geld verliest. |
Beroepschrift | Een brief die je aan de rechtbank geeft als de overheid je bezwaar heeft afgewezen. Met deze brief laat je weten dat je het oneens bent met de afwijzing. Hiermee start je ook een rechtszaak tegen de overheid. Je vraagt de rechter namelijk om een beslissing te nemen over de situatie. Of om van de overheid te eisen dat zij opnieuw een beslissing neemt. |
Beroepsprocedure | Een rechtszaak die je als belanghebbende kunt starten als je bezwaar is afgewezen. |
Beschikking | Dit woord kan verschillende betekenissen hebben. In het bestuursrecht betekent het: een beslissing van de overheid of een organisatie die bij de overheid hoort. Bijvoorbeeld over een vergunning. In het civiel recht betekent het: de beslissing van een rechter in een juridisch proces dat begonnen is met een verzoekschrift. |
Beslag (bij een schuld) | Als een deurwaarder iets waardevols van je afpakt omdat je een schuld niet betaalt. De deurwaarder kan beslag leggen op je geld, salaris of spullen tot de schuld betaald is. |
Beslag (bij een strafbaar feit) | Als een deurwaarder een voorwerp afpakt waarmee je iets strafbaars gedaan hebt. Omdat het nodig is voor bewijs in een zaak, bijvoorbeeld. Of omdat het gevaarlijk is. Denk aan drugs of wapens. |
Bestemmingsplan | Document van de overheid waarin staat hoe een gebied gebruikt mag worden. En wat er gebouwd mag worden. Iedereen moet zich aan deze regels houden. Ook de overheid zelf. |
Bestuurdersaansprakelijkheid | Het risico dat je als bestuurder van een onderneming hebt als je schade veroorzaakt aan een ander. |
Bestuursorgaan | Een organisatie met openbare macht. Zoals de regering en de gemeente. |
Bestuursrecht | Juridische tak die gaat over de regels waar de overheid zich aan moet houden bij het nemen van beslissingen. Zoals beslissingen over subsidies of vergunningen. Bestuursrecht heet ook wel administratief recht. |
Bestuursrechter | De rechter die beslist over conflicten tussen burgers en de overheid. Maar ook over conflicten tussen twee of meer overheden. |
Betaald verlof | Een vrije periode waarin de werkgever het loon helemaal of voor een deel doorbetaalt. Betaald verlof is in de wet geregeld. Voorbeelden van betaald verlof zijn geboorteverlof, zwangerschapsverlof en calamiteitenverlof. |
Betrokkene | De persoon die te maken heeft met een bepaalde situatie of een bepaald probleem. |
Bevallingsverlof | Een vrije periode waar je als zwangere werknemer recht op hebt. Het bevallingsverlof start op de dag na je bevalling. Zzp’ers hebben ook recht op bevallingsverlof. |
Bevoegdheid | Het recht om bepaalde acties te mogen doen, namens een andere persoon of organisatie. |
Bewijslast | Bewijs moeten laten zien in een rechtszaak. |
| Een persoon die toestemming van de rechter heeft om iemand te helpen met geldzaken. Dit gebeurt als de ander dit zelf niet kan. Bijvoorbeeld door ernstige psychische problemen. |
Bijzonder verlof | Een vrije periode voor persoonlijke situaties. Zoals een bruiloft, begrafenis, verhuizing of bezoek aan de dokter. Dit verlof is geregeld in je cao of arbeidsovereenkomst. Het kan betaald of onbetaald zijn. Bijzonder verlof heet ook wel buitengewoon verlof. |
Bodemprocedure | Een normale, uitgebreide juridische rechtszaak bij de rechtbank. Dit is het tegengestelde van een kort geding of spoedprocedure. |
Borg | Borg heet ook wel waarborgsom. Bij het huren van een woning of pand: het bedrag dat de huurder aan de verhuurder moet betalen wanneer het huurcontract begint. Als de huurder zich houdt aan de afspraken in het contract, moet de verhuurder de borg terugbetalen aan de huurder. Dit gebeurt wanneer het contract stopt. Bij het kopen van een woning of pand: het bedrag dat de koper soms moet betalen na het tekenen van het koopcontract. Wanneer de koop definitief is, betaalt de notaris de borg terug aan de koper. De borg is meestal 10% van de koopsom. |
Bovenwettelijke vakantiedagen | Behalve je wettelijke vakantiedagen, heb je mogelijk ook bovenwettelijke vakantiedagen. Dit zijn alle extra vrije dagen die je als werknemer opbouwt. Bovenwettelijke vakantiedagen zijn niet verplicht: je cao of werkgever bepaalt of je deze krijgt. |
Buitengerechtelijke kosten | De kosten die je buiten de rechtbank maakt om een juridisch probleem op te lossen. Zoals de kosten voor de hulp van een jurist, zoals een advocaat. |
Buitengewoon verlof | Een vrije periode voor persoonlijke situaties. Zoals een bruiloft, begrafenis, verhuizing of bezoek aan de dokter. Dit verlof is geregeld in je cao of arbeidsovereenkomst. Het kan betaald of onbetaald zijn. Buitengewoon verlof heet ook wel bijzonder verlof. |
Burengeschil | Een meningsverschil met de buren. Buurtbemiddeling of mediation kan tot een oplossing leiden. |
Burenrecht | Juridische tak die gaat over de rechten en plichten van buren. |
Burgerlijk recht | Juridische tak die gaat over de rechten en plichten van burgers, stichtingen en bedrijven. Burgerlijk recht heet ook wel civiel recht of privaatrecht. |
C
Calamiteitenverlof | Een vrije periode voor een persoonlijke situatie die zo dringend en onverwacht is dat je direct vrij moet nemen. Bijvoorbeeld omdat een familielid net is overleden of je partner moet bevallen. Of omdat er thuis iets ernstigs gebeurd is, zoals een inbraak of brand. Dit verlof kan van een paar uur tot een paar dagen duren. De werkgever moet het loon doorbetalen. |
Cao (collectieve arbeidsovereenkomst) | Een schriftelijke overeenkomst waarin allerlei afspraken over arbeidsvoorwaarden staan. Zoals afspraken over loon, werktijden, proeftijd, pensioen of opzegtermijn. Deze afspraken gelden dan voor een grote groep werknemers. |
Cassatie | Als je de hoogste rechter (de Hoge Raad) vraagt om te beslissen over een zaak, terwijl een lagere rechter hier al over beslist heeft. |
Casseren | Een besluit van een lagere rechter ongeldig maken. Dit gebeurt door de Hoge Raad. |
Civiel recht | Juridische tak die gaat over de rechten en plichten van burgers, stichtingen en bedrijven. Civiel recht heet ook wel burgerlijk recht of privaatrecht. |
Civiele rechter | Rechter die oordeelt over zaken die gaan over meer dan € 25.000. En over zaken op het gebied van familie, relaties en wonen. Denk aan een burengeschil, echtscheiding, adoptie of alimentatie. Dit is dus niet de kantonrechter. Voor een rechtszaak bij de civiele rechter heb je een advocaat nodig. |
Claim | Een aanvraag bij de verzekeraar voor een schadevergoeding. De verzekeraar vergoedt de schade alleen als deze onder de dekking valt. Een claim heet ook wel een schadeclaim. |
Compensatie | Een vergoeding voor iemands schade. Compensatie is hetzelfde als een schadevergoeding. |
Concurrentiebeding | Een voorwaarde in de arbeidsovereenkomst. Deze bepaalt dat de werknemer niet dezelfde soort taken mag doen bij een ander bedrijf of als ondernemer. |
Conflict | Een situatie waarin twee of meer mensen erg verschillende waarden, wensen, meningen of verwachtingen hebben. Zoals een ruzie, onenigheid of meningsverschil. Een conflict heet ook wel een geschil of juridisch geschil. |
Consument | Iemand die iets koopt bij een bedrijf. |
Consumentenkoop | Als je iets koopt bij een bedrijf. |
Contract | Een afspraak tussen twee of meer partijen. Bij het sluiten van een contract moet je een bepaalde prestatie leveren. Of je hebt recht op een prestatie. Een contract heet ook wel een overeenkomst. |
Contract met uitzendbeding | Een uitzendovereenkomst zonder opzegtermijn. Dat betekent dat het uitzendbureau je contract direct kan stoppen als er geen werk is. Vaak geldt het uitzendbeding voor de eerste 26 weken van je contract. |
Contractuele aansprakelijkheid | Het risico dat je als ondernemer hebt als je je niet houdt aan de afspraken in een contract. Zoals de afspraak over de levertijd of de algemene voorwaarden. |
Courtage | De kosten voor de makelaar die je helpt met het kopen of verkopen van een woning. Deze kosten zijn afhankelijk van de prijs van de woning. Courtage wordt ook wel makelaarskosten genoemd. |
Curatele | Een vorm van hulp waarbij een curator alle persoonlijke zaken en geldzaken regelt van iemand die dat zelf niet kan. Bijvoorbeeld omdat diegene ernstige psychische problemen, een verslaving of dementie heeft. Curatele kan alleen bij personen van 18 jaar of ouder. |
Curator | Dit woord kan verschillende betekenissen hebben. In het geval van curatele: de curator regelt de persoonlijke zaken en geldzaken van de persoon die onder curatele staat. In het geval van een bedrijf dat failliet is gegaan: de curator regelt dat het faillissement goed loopt. En dat iedereen die nog geld krijgt van het bedrijf, zoveel mogelijk krijgt waar die recht op heeft. In deze situatie is de curator meestal een advocaat. |
Cybercrime / cybercriminaliteit | Als criminelen met een elektronisch apparaat een ander elektronisch apparaat aanvallen. Zoals een computer, smartphone, tablet, smartwatch of elektrische auto. Het doel is om je gegevens te stelen. Voorbeelden van cybercrime zijn hacken, phishing, ransomware, identiteitsfraude en DDoS-aanvallen. Cybercrime heet ook wel cybercriminaliteit of computercriminaliteit. |
D
Dagvaarding | Een officiële uitnodiging en oproep om in een rechtszaak te reageren op wat iemand anders eist. Tijdens de dagvaarding legt je als eiser uit waar het conflict over gaat. En wat je van de ander wil. |
Dagvaardingsprocedure | Een rechtszaak waarbij jij of de ander de rechter vraagt te beslissen over jullie conflict. Deze rechtszaak begint met een dagvaarding. |
DDoS-aanval | Een vorm van cybercrime waarbij criminelen heel veel aanvragen naar een website versturen. Daardoor kan de website niet meer goed werken. DDoS-aanvallen worden meestal gedaan op sites van webshops en online casino’s. |
Dekking | Alle zaken of situaties die verzekerd zijn en waarvoor je een vergoeding krijgt bij schade. Of rechtshulp bij een conflict. |
Delict | Een actie die ernstig verboden is volgens de wet en waar je een hoge straf voor krijgt. Zoals diefstal, mishandeling, fraude en rijden onder invloed. Verboden acties die minder ernstig zijn, noemen we een overtreding. De wet bepaalt of iets een delict of een overtreding is. Een delict heet ook wel een misdrijf of een strafbaar feit. |
Derde belanghebbende | Als een besluit van de overheid niet direct met jou te maken heeft, maar wel gevolgen voor je heeft. |
Derving van woongenot | Elke bewoner heeft het recht om in een veilig en prettig huis te wonen. En om daarvan te kunnen genieten. Als dat niet kan, is er derving van woongenot. Dit kan op allerlei manieren gebeuren. Bijvoorbeeld door overlast of achterstallig onderhoud. |
Deurwaarder | Een ambtenaar die officiële acties doet. Zoals het leggen van beslag. En het bekendmaken van een dagvaarding. Een deurwaarder is hetzelfde als een gerechtsdeurwaarder. |
Dienstbetrekking | Als je voor een werkgever werkt en loon krijgt. Een dienstbetrekking heet ook wel dienstverband of loondienst. |
Dienstverband | Als je voor een werkgever werkt en loon krijgt. Een dienstverband heet ook wel dienstbetrekking of loondienst. |
Direct belanghebbende | Als een besluit van de overheid direct met jou te maken heeft. En ook direct gevolgen voor je heeft. |
Dwangsom | Een boete die je moet betalen als je je niet houdt aan een regel van de rechter. Het gaat dan om een regel die in het vonnis van de rechter staat. Zoals een contactverbod na stalking of mishandeling. |
E
Eenzijdig ongeval | Een ongeluk waarbij alleen één persoon of één groep mensen betrokken is. Het ongeluk is dus niet veroorzaakt door iemand anders. Zoals een ongeluk waarbij je met je auto in de slip raakt en tegen een boom botst. |
Eenzijdig wijzigingsbeding | Een afspraak in een arbeidsovereenkomst. Hierin staat dat de werkgever één of meer arbeidsvoorwaarden van de werknemer mag veranderen. Zoals de functie van de werknemer. Dit kan zonder toestemming van de werknemer. Wel moet de werkgever een zwaarwegend belang hebben. |
Echtscheiding | Het officiële einde van een huwelijk of geregistreerd partnerschap. Dit stopt ook alle juridische banden tussen beide partners. |
Echtscheidingsconvenant | Een document met alle afspraken die je met jouw ex-partner hebt gemaakt over je scheiding. Zoals de afspraken over alimentatie en de kinderen. Dit document is niet verplicht. Een echtscheidingsconvenant heet ook wel een echtscheidingsovereenkomst. |
Echtscheidingsovereenkomst | Een document met alle afspraken die je met jouw ex-partner hebt gemaakt over je scheiding. Zoals de afspraken over alimentatie en de kinderen. Dit document is niet verplicht. Een echtscheidingsovereenkomst heet ook wel een echtscheidingsconvenant. |
Eigen belang | Wat alleen voor jezelf belangrijk is. |
Eigendomsakte | Een officieel document dat bewijst dat iemand de eigenaar van zijn huis is. De eigendomsakte geeft een overzicht van alle afspraken tussen de koper en de verkoper. Een eigendomsakte heet ook wel een eigendomsbewijs. |
Eigendomsbewijs | Een officieel document dat bewijst dat iemand de eigenaar van zijn huis is. De eigendomsakte geeft een overzicht van alle afspraken tussen de koper en de verkoper. Een eigendomsbewijs heet ook wel een eigendomsakte. |
Eiser | Degene die een civiele dagvaardingsprocedure begint. |
Erf | De grond die hoort bij een woning of boerderij. Een erf heet ook wel een kavel of perceel. |
Erfgenaam | Degene die de erfenis krijgt. Dit kan een familielid of partner zijn. Maar bijvoorbeeld ook een goed doel of een organisatie. |
Erfafscheiding | Iets dat jouw grond scheidt van de grond van je buren. Dit kan bijvoorbeeld een heg, schutting of hek zijn. |
Erfdienstbaarheid | Het recht om de grond van iemand anders te gebruiken. Dit kan op verschillende manieren. Er zijn dan ook verschillende vormen van erfdienstbaarheid. Zoals recht van overpad en recht van goot. |
Erfenis afwikkelen | Het verdelen van de spullen, het geld en de schulden van de overledene. Als de overledene wil dat iemand geld of bepaalde spullen krijgt, dan moet dat ook worden geregeld. |
Erfenis beneficiair aanvaarden | Een erfenis accepteren zonder het risico dat je moet betalen voor mogelijke schulden van de overledene. Als de overledene schulden heeft, dan worden deze eerst betaald. Daarna krijg je jouw deel van de erfenis. Het kan dus ook zijn dat er niets of minder van de erfenis overblijft na het betalen van de schulden. |
Erfenis vereffenen | Op de erfenis passen. En zorgen dat de schulden van de overledene zoveel mogelijk betaald worden vanuit de erfenis. |
Erfenis verwerpen | Het weigeren van een erfenis. Bijvoorbeeld omdat je al weet dat je meer schulden erft dan bezit. Of omdat je om een andere reden geen erfgenaam wilt zijn. |
Erfenis zuiver aanvaarden | Het accepteren van een erfenis, mét de mogelijke schulden van de overledene. Als de overledene schulden heeft, dan erf jij die dus ook. Als erfgenaam ben je dan aansprakelijk voor deze schulden. Zijn de schulden groter dan de erfenis? Dan moet je de schulden van je eigen geld betalen. Zuiver aanvaarden kan alleen als je 18 jaar of ouder bent. |
Erfgrens | De grens waar de grond van een bepaalde eigenaar stopt en de grond van een andere eigenaar begint. |
Erflater | Degene die de erfenis achterlaat. |
Erfrecht | Juridische tak die bij iemands overlijden regelt dat diens erfenis naar de juiste plek gaat. Erfrecht valt onder het vermogensrecht. |
Executeur | Degene die zorgt voor de erfenis, regelt dat de schulden worden betaald en de aangifte erfbelasting regelt. De erflater kan in diens testament een executeur kiezen. De executeur is vaak ook een erfgenaam. De persoon die als executeur is gekozen, mag deze functie weigeren. |
F
Failliet / faillissement | Als een bedrijf niet meer kan bestaan door schulden. |
Familie- en personenrecht | Juridische tak die gaat over de rechten en plichten van families en relaties. |
Familierechter | Een rechter die persoonlijke zaken en geldzaken van families en relaties behandelt. Zoals echtscheiding, alimentatie en adoptie. |
Formeel recht | Juridische tak met de regels over hoe een bepaalde procedure moet gaan. |
G
Geboorteverlof | Verlof voor werknemers met een partner die is bevallen. Dit verlof gaat vlak na de bevalling in. Geboorteverlof heet ook wel partnerverlof, kraamverlof of vaderschapsverlof. |
Gederfd woongenot | Als je als huurder lange tijd ernstig weinig woongenot hebt. Bijvoorbeeld door overlast of achterstallig onderhoud. In bepaalde situaties kun je dan een schadevergoeding eisen van degene die de overlast veroorzaakt. Soms kun je ook smartengeld eisen |
Geïntimeerde | De persoon of personen waartegen de eiser in hoger beroep gaat. |
Gerechtelijke procedure | Een juridisch proces waarbij een kantonrechter of rechtbank over je zaak beslist. Een gerechtelijke procedure begint met een dagvaarding. |
Gerechtsdeurwaarder | Een ambtenaar die officiële acties doet. Zoals het leggen van beslag. En het bekendmaken van een dagvaarding. Een gerechtsdeurwaarder is hetzelfde als een deurwaarder. |
Gerechtshof | De rechter die alleen zaken in hoger beroep behandelt. Het gaat dus om zaken waar een lagere rechter al over beslist heeft. Dit gebeurt in strafzaken of civiele zaken. Een gerechtshof heet ook wel een hof. Er zijn vier gerechtshoven in Nederland. De rechter in een hof heet een raadsheer. |
Gerechtssecretaris | Een juridisch medewerker die bijvoorbeeld opschrijft wat alle partijen zeggen en doen tijdens een zitting. Ook bereidt de griffier de taken van de rechter voor. Een gerechtssecretaris heet ook wel een griffier. |
Geschil | Een situatie waarin twee of meer mensen erg verschillende waarden, wensen, meningen of verwachtingen hebben. Zoals een ruzie, onenigheid of verschil van mening. Een geschil heet ook wel een conflict of juridisch geschil. |
Geschillencommissie | Een organisatie die adviseert en bemiddelt bij klachten of een conflict over een product of dienst. Of hierover beslist. |
Getuigenverklaring | Een mondelinge of schriftelijke uitleg waarin een getuige officieel vertelt wat die gezien of gehoord heeft. |
Gootrecht | Het recht om boven de grond van je buren een dakgoot te plaatsen. Soms mag je ook opgevangen regenwater laten wegstromen op de grond van de buren. Gootrecht heet ook wel recht van goot. |
Grief | Het bezwaar dat in hoger beroep wordt gebruikt tegen het besluit van de vorige rechter. |
Griffie | Een administratief medewerker van een rechtbank of gerechtshof. |
Griffier | Een juridisch medewerker die bijvoorbeeld opschrijft wat alle partijen zeggen en doen tijdens een zitting. Ook bereidt de griffier de taken van de rechter voor. Een griffier heet ook wel een gerechtssecretaris. |
Griffierecht | De kosten die je moet betalen aan de rechtbank. Deze betaal je aan het begin van je rechtszaak. |
H
Hacken / hacking | Als iemand inbreekt in een van je digitale apparaten. Zoals een computer, smartphone of tablet. Dit is een vorm van cybercriminaliteit. |
Herroepingsrecht | De periode waarin je als particuliere klant een product of dienst kunt beoordelen en terugsturen als het niet klopt met je verwachtingen. Het gaat hierbij om een product dat je op afstand hebt gekocht. Dus niet in de winkel, maar bijvoorbeeld online of via een tijdschrift. Herroepingsrecht heet ook wel bedenktijd of zichttermijn. |
Hinder | Last hebben van iets. Hinder is niet automatisch overlast. Een beetje hinder moet je altijd accepteren. Als hinder onrechtmatig is, hoef je dat niet te accepteren. Dit is ernstige hinder met een grote negatieve impact. |
Hof | De rechter die alleen zaken in hoger beroep behandelt. Het gaat dus om zaken waar een lagere rechter al over beslist heeft. Dit gebeurt in strafzaken of civiele zaken. Een hof heet ook wel een gerechtshof. Er zijn vier gerechtshoven in Nederland. De rechter in een hof heet een raadsheer. |
Hoge Raad | De hoogste rechter in Nederland die civiele zaken, strafzaken en belastingzaken behandelt. Deze rechter beoordeelt geen zaken, maar checkt of de eerdere rechter de wet goed heeft gevolgd. En of die de regels voor een rechtszaak goed heeft gevolgd. |
Hoger beroep | Als een hogere rechter beslist over een zaak die al behandeld is door een lagere rechter. In hoger beroep gaan heet ook wel in beroep gaan. Of in appèl gaan. |
Homologatie | Als de rechter een overeenkomst goedkeurt. |
Hoorzitting | Een bijeenkomst in de rechtbank. Hierbij kan iedereen die bij de zaak betrokken is, zeggen wat die van de zaak vindt. |
Huurbescherming | Een recht voor huurders waarbij de verhuurder de huur alleen mag stoppen om een reden die in de wet staat. Zoals een te late betaling van de huur. Of overlast. Of een huurder recht heeft op huurbescherming, hangt af van het soort huurcontract. |
Huurovereenkomst | Het contract tussen een huurder en verhuurder. Een huurovereenkomst heet ook wel een huurcontract. Er bestaan verschillende soorten huurcontracten, zoals: |
Huurovereenkomst 'naar zijn aard van korte duur' | Een tijdelijk huurcontract dat alleen gebruikt mag worden in bepaalde situaties. Zoals de tijdelijke verhuur van vakantiehuizen of wisselwoningen. Bij dit contract heeft de huurder geen huurbescherming. |
Huurovereenkomst op basis van de Leegstandwet | Een tijdelijk huurcontract voor een woonruimte die leeg staat. Dit mag alleen onder bepaalde voorwaarden. En als de verhuurder een vergunning van de gemeente heeft. Bij dit contract heeft de huurder minder huurbescherming. |
Huurovereenkomst voor bepaalde tijd | Een tijdelijk huurcontract dat vanzelf stopt na de afgesproken periode. Hoelang deze periode mag zijn, hangt af van het soort woning dat je huurt:
Bij dit contract heeft de huurder minder huurbescherming. |
Huurovereenkomst voor onbepaalde tijd | Een vast huurcontract dat niet vanzelf stopt. Het contract stopt alleen als de huurder of verhuurder het opzeggen. Bij dit contract heeft de huurder complete huurbescherming. |
I
Identiteitsfraude | Als iemand valse persoonsgegevens gebruikt. Of iemands persoonsgegevens steelt. Bijvoorbeeld door op naam van iemand anders spullen te kopen en hier zelf niet voor te betalen. Identiteitsfraude is een strafbaar feit. |
Inboedel | Alle losse spullen in je woning, die je zo kunt oppakken en verhuizen. |
Indeplaatsstelling | Een afspraak bij de verkoop van een bedrijfsruimte die verhuurd wordt. De koper mag het bestaande contract met de huurder dan overnemen. Dit betekent dat dezelfde voorwaarden en afspraken blijven gelden voor het huurcontract. Zoals de afspraken over de huurprijs en huurperiode. |
Immateriële schade | Schade aan je lichamelijke of mentale gezondheid waardoor je minder plezier in het leven hebt. |
Ingebrekestelling | Een brief of e-mail waarin je laat weten dat iemand zich niet houdt aan een afspraak. Denk aan een verkoper die je bestelling niet levert. Met de ingebrekestelling geef je de ander een laatste kans om zich aan de afspraak te houden. Daarna kun je ervoor kiezen om juridische stappen te zetten. Een ingebrekestelling stuur je het liefst als aangetekende brief. |
In gebreke stellen | Laten weten dat de ander zich niet houdt aan een afspraak. En diegene een laatste kans geven om dit toch nog te doen. |
J
Jeugdstrafrecht | Juridische tak die gaat over de straffen en maatregelen voor jongeren die iets strafbaars hebben gedaan. Het gaat hierbij om jongeren tussen de 12 en 18 jaar. En soms ook voor volwassenen tot 23 jaar. |
Juridische procedure | Een rechtszaak tussen twee partijen. Een juridische procedure heet ook wel een procedure. |
Juridisch geschil | Een situatie waarin twee of meer mensen erg verschillende waarden, wensen, meningen of verwachtingen hebben. Zoals een ruzie, onenigheid of verschil van mening. Een juridisch geschil heet ook wel een geschil of conflict. |
Jurisprudentie | Alle beslissingen van rechters op een bepaald gebied of over een bepaald onderwerp. Jurisprudentie heet ook wel rechtspraak. |
Jurist | Iemand die een universitaire studie Rechtsgeleerdheid heeft afgemaakt. Juristen kunnen verschillende beroepen hebben. Zo kan een jurist werken als rechtshulpverlener, advocaat of deurwaarder. |
Justitie | Alle organisaties van de overheid die ervoor moeten zorgen dat iedereen zich aan de wet houdt. Zoals de rechtbank, de politie en het Openbaar Ministerie. |
K
Kadaster | Organisatie van de overheid die de belangrijkste gegevens van alle woningen en gebouwen in Nederland registreert. Maar ook van andere registergoederen, zoals kavels en percelen. |
Kantonrechter | Een rechter die oordeelt over zaken die vallen onder het civiel recht en gaan over minder dan € 25.000. Denk aan zaken die gaan over werk, familie, relaties, wonen en aankopen. |
Kavel | Een stuk grond voor een bepaald doel. Bijvoorbeeld voor landbouw. Of om een huis of bedrijfspand op te bouwen. |
Kinderalimentatie | Een vergoeding waarmee je als ouder meebetaalt aan de verzorging en opvoeding van je kinderen. Ouders zijn altijd verantwoordelijk voor de kosten van de kinderen. Ook als de ouders uit elkaar zijn. |
Kinderrechter | Rechter die oordeelt over strafzaken van jongeren tussen de 12 en 18 jaar. En over familiezaken en jeugdzaken. Zoals zaken waarbij de jongere mogelijk niet bij de ouders kan blijven wonen. |
Koop op afstand | Als je een product of dienst niet in de winkel koopt, maar via internet. |
Koopovereenkomst | Een afspraak tussen koper en verkoper, waarbij de verkoper belooft het product of de dienst te leveren. En de koper belooft daar de afgesproken prijs voor te betalen. |
Kortdurend zorgverlof | Een vrije periode voor werknemers die kort moeten zorgen voor hun zieke kind, partner of ouders. Bij kortdurend zorgverlof krijg je minimaal 70% van je loon. |
Kort geding | Een rechtszaak waarbij je de rechter vraagt om met spoed over je conflict te beslissen. Deze beslissing van de rechter is niet definitief. Het is een snelle, tijdelijke beslissing. |
Kraamverlof | Verlof voor werknemers met een partner die is bevallen. Dit verlof gaat vlak na de bevalling in. Kraamverlof heet ook wel geboorteverlof, partnerverlof of vaderschapsverlof. |
L
Langdurend zorgverlof | Een vrije periode voor werknemers die willen zorgen voor een naaste die lange tijd ziek is. Dit verlof is alleen mogelijk als de zorg echt nodig is. En als alleen jij deze zorg kunt geven. Langdurend zorgverlof is onbetaald. |
Legaat | Een deel van de erfenis waarvan in het testament staat dat dit speciaal voor een bepaald persoon is. Dit kan bijvoorbeeld een meubel, een huis of een geldbedrag zijn. |
Legataris | De persoon of organisatie die een bepaald deel van de erfenis krijgt. |
Legator | De persoon die officieel een bepaald deel van diens erfenis aan een ander geeft. |
Legitieme portie | Het deel van de erfenis waar je als kind altijd recht op hebt. Ook als er geen testament is. Of als je door je ouder onterfd bent. De legitieme portie is de helft van wat je als kind zou hebben geërfd volgens de wet. Het gaat hierbij alleen om geld, niet om spullen. |
Letsel | Schade in of aan het lichaam. |
Letselschade | Schade in of aan het lichaam waar iemand anders verantwoordelijk voor is. Er zijn twee soorten letselschade: materiële schade en immateriële schade. |
Leveringsakte | Een officiële overeenkomst waarmee een woning een nieuwe eigenaar krijgt. De notaris maakt deze akte. De koper en verkoper ondertekenen het document. De leveringsakte heet ook wel akte van levering, eigendomsbewijs, eigendomsakte of transportakte. |
Locatiegetuige | Het Waarborgfonds gebruikt dit woord voor het beschrijven van een bepaald soort getuige. Een locatiegetuige kan bevestigen dat:
|
Loondienst | Als je voor een werkgever werkt en loon krijgt. Loondienst heet ook wel dienstverband of dienstbetrekking. |
Loonvordering | Als een werknemer zijn loon niet helemaal of te laat krijgt en eist dat de werkgever dit betaalt. De werknemer kan een loonvordering starten door de werkgever een brief te sturen. Meestal heeft de werkgever dan nog zeven dagen de tijd om het loon te betalen. Als dat niets oplost, kan de werknemer een rechtszaak bij de kantonrechter starten. |
Looptijd | Hoelang een contract of overeenkomst duurt. |
M
Making | Een besluit in een testament. Dit besluit kan gaan over wie recht heeft op (een deel van) de erfenis. Of voor wie een bepaald deel van de erfenis bedoeld is. De erflater maakt dit besluit. |
Materiële schade | Materiële schade heb je als iets kapot gaat. Het is schade die meteen in geld uit te drukken is. Zoals schade aan je auto, fiets, kleding of andere spullen. |
Matigen | Als de rechter beslist dat er minder betaald moet worden dan er eerst afgesproken was. Zo kan de rechter een boete, schadevergoeding of loonvordering matigen. |
Mediation | Een manier om een conflict op te lossen zonder de rechter. Een deskundige (mediator) helpt je dan om er samen met de ander uit te komen. Mediation heet soms ook wel bemiddeling. Mediation is alleen mogelijk als de persoon met wie je een meningsverschil hebt, hieraan wil meewerken. |
Mediator | Een onafhankelijke expert die jou en de ander helpt om een conflict op te lossen. Een mediator heet ook wel een bemiddelaar. |
Min-maxcontract | Een contract voor oproepkrachten waarbij je als werknemer:
Als je ziek bent, heb je recht op het loon voor de dagen waarop je ingeroosterd bent. Daarna heb je recht op minimaal 70% van je loon voor de garantie-uren. Of op het minimumloon, als dat hoger is. |
Misdrijf | Een actie die ernstig verboden is volgens de wet en waar je een hoge straf voor krijgt. Zoals diefstal, mishandeling, fraude en rijden onder invloed. Verboden acties die minder ernstig zijn, noemen we een overtreding. De wet bepaalt of iets een misdrijf of een overtreding is. Een misdrijf heet ook wel een delict of een strafbaar feit. |
Modelovereenkomst | Een document met standaard afspraken tussen een zzp’er en opdrachtgever, Deze afspraken geven duidelijkheid over de werkrelatie. Een modelovereenkomst is goedgekeurd door de Belastingdienst. |
Mondeling | In een gesprek. |
Mondelinge behandeling | Een bijeenkomst waarbij je je mening kunt uitleggen aan de rechter. De rechter stelt je vragen en jij kunt reageren op de mening van de andere partij. |
N
Nadeelcompensatie | Heel simpel gezegd: een schadevergoeding die de overheid moet geven aan een persoon of kleine groep mensen. Hier gelden wel voorwaarden voor. Zo moet deze persoon of groep een erg nadelig gevolg ervaren door een besluit van een overheidsorgaan. Dit gevolg moet zo nadelig zijn dat het buiten het normaal maatschappelijk risico valt. |
Nalatenschap | Een erfenis. |
Nietig verklaren | Als een rechter beslist dat iets niet geldig is. |
Niet-ontvankelijk | Als een rechter beslist om een vordering niet te behandelen. Dit kan gebeuren als een partij zich niet houdt aan de officiële eisen. |
Notariële akte | Een officiële overeenkomst of schriftelijke verklaring die een notaris gemaakt en ondertekend heeft. In bepaalde situaties is een notariële akte verplicht. Denk aan het nemen van een hypotheek, de sleuteloverdracht van een huis of het starten van een bedrijf. |
Notaris | Een jurist en openbaar ambtenaar die juridische overeenkomsten en verklaringen mag maken en deze officieel bevestigt. |
Normaal maatschappelijk risico | Een bepaald deel van de schade dat je bij een maatschappelijke ontwikkeling moet accepteren als burger of ondernemer. |
Nulurencontract | Een contract voor oproepkrachten waarbij je als werknemer:
Als je ingeroosterd staat maar ziek bent, heb je recht op minimaal 70% van je loon. Behalve op wachtdagen. |
O
Objectief belang | Als je bezwaar wilt maken tegen een besluit van de overheid, dan mag je belang niet alleen jouw gevoel of mening zijn. Het moet een belang of voordeel zijn dat anderen ook kunnen vaststellen. |
Officier van justitie (OvJ) | Iemand die namens het OM praat in de rechtszaal. De officier van justitie heeft allerlei taken. Zoals leiding geven aan de politie tijdens het opsporingsonderzoek. Ook zorgt de officier van justitie dat het strafonderzoek goed gaat en volgens de regels loopt. |
Onbetaald verlof | Eén of meer vrije dagen waarbij de werkgever het loon niet doorbetaalt. Een voorbeeld hiervan is langdurend zorgverlof. Onbetaald verlof opnemen kan leiden tot minder vakantiedagen, toeslagen en pensioen. |
Onderhavig | Datgene waarover we het hebben en dat in behandeling is. |
Ondeugdelijk product | Een product dat van slechte kwaliteit is, niet of niet goed genoeg werkt, of niet compleet is. |
Onherroepelijk | Niet te veranderen. |
Omgevingsvergunning | Officiële toestemming om iets te veranderen aan een leefomgeving. Een omgevingsvergunning is er voor burgers, bedrijven en de overheid. Het gaat dan om toestemming van de gemeente of een andere overheidsinstantie. Bijvoorbeeld voor het bouwen van een aanbouw. Of het renoveren van een monument. |
Onrechtmatig | Als iets niet klopt met een geschreven of ongeschreven juridische regel. Of als het ingaat tegen het recht van een ander. Dit kan een actie zijn. Maar het kan ook juist gaan om iets dat iemand niet doet, terwijl dat wel zou moeten. |
Onrechtmatig bewijs | Bewijs dat op een illegale manier gevonden of gekregen is. |
Onrechtmatige hinder | Ernstige overlast die je niet hoeft te accepteren. Bijvoorbeeld door de buren. |
Ontbinden | Stoppen van een afspraak of overeenkomst. Hiervoor gelden vaak voorwaarden. |
Onterven | Officieel bepalen dat iemand niet erft, terwijl dat volgens de wet wel zou gebeuren. Dit kan alleen geregeld worden met een testament. Een kind dat onterfd is, heeft nog steeds recht op een legitieme portie. |
Ontslagbescherming | Een regel volgens de wet die bepaalt dat je werkgever je niet zomaar mag ontslaan. |
Ontslag met wederzijds goedvinden | Als jij en je werkgever het eens zijn over het ontslag. De werkgever moet dan een geldige vaststellingsovereenkomst maken. Jij en je werkgever moeten deze allebei ondertekenen. |
Ontslag op staande voet | Als je werkgever de arbeidsovereenkomst direct stopt. Dit kan alleen met een geldige reden. Je werkgever hoeft hierbij niet eerst naar de kantonrechter. En het UWV controleert het ontslag niet. Ook hoeft de werkgever niet te kijken of je een andere functie binnen het bedrijf kunt krijgen. |
Ontslagprocedure | Een juridisch proces als jij of je werkgever het niet eens zijn over jouw ontslag. Of jij of je werkgever dit proces kan starten, hangt af van de reden voor jouw ontslag. Het proces loopt via het UWV of de kantonrechter. |
Ontslagvergoeding | Een geldbedrag dat de werkgever betaalt aan de werknemer bij ontslag. Een ontslagvergoeding wordt ook wel een opzegvergoeding of vertrekpremie genoemd. |
Ontvankelijk | Als het mogelijk is om een zaak te laten behandelen door een rechter. Of een rechtsprekende instantie. |
Onverwijlde spoed | Ernstige spoed. Bijvoorbeeld als er een conflict is en je niet kunt wachten op de beslissing van de rechter in de bezwaarprocedure of beroepsprocedure. |
Openbare registers | Een verzameling documenten waarmee het Kadaster bijhoudt welke rechten gelden op alle registergoederen in Nederland. Zoals woningen, grond en schepen. Ook houdt het Kadaster hierin bij wie de eigenaar is en wat de koopsom was. Tegen betaling kun je toegang krijgen tot informatie uit de openbare registers. |
Openbaar Ministerie (OM) | De enige organisatie in Nederland die kan regelen dat een verdachte voor de strafrechter komt. Het OM zorgt dat mensen die iets strafbaars gedaan hebben, naar de rechtbank gaan. |
Oproepcontract | Een contract voor oproepkrachten. Hierbij werk je dus alleen wanneer je werkgever je oproept. Er zijn drie soorten oproepcontracten: |
Oproepcontract met voorovereenkomst | Een contract voor oproepkrachten waarbij je als werknemer:
Steeds als je een oproep van je werkgever accepteert, ontstaat er een arbeidsovereenkomst. De werkgever is niet verplicht om je op te roepen. |
Opstal | Alles wat vastzit aan een huis, tuin of pand en niet makkelijk te verplaatsen is. Zoals de vloer, keuken, ramen en schutting. |
Opzegboete | Bij een (energie)contract: een boete die je moet betalen als je een contract voor bepaalde tijd stopt voordat het vanzelf afloopt. De hoogte van de boete hangt af van je energietarief en de lengte van je contract. Zo’n opzegboete wordt ook wel een overstapboete of opzegvergoeding genoemd. |
Opzegtermijn | Bij een arbeidscontract: de periode tussen het stoppen van je contract en de laatste dag waarop je officieel in dienst bent. In je contract of cao staat welke opzegtermijn voor jou geldt. Jij en je werkgever moeten allebei rekening houden met deze termijn. Meestal geldt er voor de werkgever een andere opzegtermijn. Bij een (huur)contract: de periode tussen het stoppen van je contract en de laatste dag waarop je officieel het huis huurt of de dienst gebruikt. In het contract staat welke opzegtermijn voor jou geldt. Iedereen die het contract heeft ondertekend, moet rekening houden met deze termijn. Mogelijk geldt er voor de ander een andere opzegtermijn. |
Opzegverbod | Een regel waarbij de werkgever je arbeidsovereenkomst niet mag opzeggen. Dit geldt in bepaalde situaties. Bijvoorbeeld als je korter dan twee jaar ziek bent. |
Opzegvergoeding | In het geval van werk: zie ontslagvergoeding. Bij een (energie)contract: een boete die je moet betalen als je een contract voor bepaalde tijd stopt voordat het vanzelf afloopt. De hoogte van de boete hangt af van je energietarief en de lengte van je contract. Zo’n opzegvergoeding wordt ook wel een overstapboete of opzegboete genoemd. |
Ouderschapsplan | Een document met alle afspraken over de zorg en opvoeding van de kinderen. Deze afspraken maak je met je ex-partner. Een ouderschapsplan is verplicht als jij en je partner gaan scheiden en jullie kinderen onder de 18 jaar zijn. Het ouderschapsplan is juridisch geldig (‘rechtsgeldig’) zodra jij en je ex-partner het ondertekenen. Ook als er geen notaris bij is. |
Ouderschapsverlof | Verlof voor werknemers met kinderen tot acht jaar. Dit geldt voor een:
Voor elk kind heb je recht op ouderschapsverlof. Je kunt voor meer kinderen tegelijk ouderschapsverlof opnemen. Ouderschapsverlof is voor het grootste deel onbetaald. |
Overeenkomst | Een afspraak tussen twee of meer partijen. Bij het sluiten van een overeenkomst moet je een bepaalde prestatie leveren. Of je hebt recht op een prestatie. Een overeenkomst heet ook wel een contract. |
Overstapboete | Bij een (energie)contract: een boete die je moet betalen als je een contract voor bepaalde tijd stopt voordat het vanzelf afloopt. De hoogte van de boete hangt af van je energietarief en de lengte van je contract. Zo’n overstapboete wordt ook wel een opzegvergoeding of opzegboete genoemd. |
Overtreding | Een actie die verboden is volgens de wet, maar niet zo ernstig is als een misdrijf. Voorbeelden van overtredingen zijn: door rood rijden, dronken zijn in het openbaar en ‘s nachts lawaai maken. |
Overlast | Hinder die zo erg is dat je deze niet hoeft te accepteren. Als je ergens last van hebt, dan is dat niet automatisch overlast. De rechter bepaalt of hinder wel of niet verboden is volgens de wet. Is dat zo, dan is de hinder overlast. |
P
Pacht | De vergoeding in ruil voor het gebruik van een pand of stuk grond. Meestal gaat het om landbouwgrond of een agrarische opstal. |
Pandrecht | Een recht dat gebruikt kan worden als je geld leent van een bank of geldschieter. Hierbij geef je jouw spullen in onderpand. Dit betekent: als je het geld niet kunt terugbetalen, mag de bank of geldschieter deze spullen verkopen. |
Passeren (van een akte) | Het officiële moment waarop de notaris verklaart dat een akte geldig is. Dit gebeurt op het kantoor van de notaris, wanneer alle betrokkenen de akte hebben ondertekend. |
Partneralimentatie | Een vergoeding waarmee iemand meebetaalt aan het onderhoud van diens ex-partner. |
Partnerverlof | Verlof voor werknemers met een partner die is bevallen. Dit verlof gaat vlak na de bevalling in. Partnerverlof heet ook wel geboorteverlof, kraamverlof of vaderschapsverlof. |
Perceel | Een stuk grond. |
Personen- en familierecht | Juridische tak die gaat over familie en kinderen. Denk aan zaken over geboorte, echtscheiding en kinderbescherming. |
Persoonlijk belang | Alleen jouw eigen belang. Als je bezwaar wilt maken tegen een besluit van de overheid, dan moet jouw belang genoeg verschillen van de belangen van anderen. |
Persoonlijk letsel | Schade in of aan het lichaam. |
Phishing | Als iemand probeert om je wachtwoord, bankgegevens of andere persoonlijke informatie te stelen. Hierbij doet diegene zich voor als iemand anders, bijvoorbeeld als een bankmedewerker. Dit is een vorm van cybercriminaliteit. |
Planschade | De schade of het nadeel dat iemand kan ervaren door veranderingen in de plannen voor een bepaald gebied. Bijvoorbeeld als een nieuw gebouw het uitzicht verandert of als er meer verkeer komt. |
Pleidooi | Toespraak waarin een advocaat of iemand die namens een partij spreekt, de rechter ergens van probeert te overtuigen. |
Politierechter | De rechter die strafzaken tegen personen van 18 jaar en ouder behandelt. Het gaat dan alleen om situaties waarin maximaal één jaar gevangenisstraf kan worden geëist. |
Primaire arbeidsvoorwaarden | De zaken waarover jij en je werkgever bijna altijd afspraken maken. Zoals afspraken over je loon en het aantal uren dat je gaat werken. De afspraken over je primaire arbeidsvoorwaarden komen te staan in de arbeidsovereenkomst. |
Procederen | Een rechtszaak beginnen bij de rechter. |
Procedure | Een rechtszaak tussen twee partijen. Een procedure heet ook wel een juridische procedure. |
Proceskosten | De kosten die je moet betalen voor een rechtszaak. Dit kunnen allerlei kosten zijn. Zoals griffierechten, kosten voor een advocaat, reiskosten en verblijfkosten. Maar ook onkosten van getuigen of experts. En de kosten van de andere partij als je de rechtszaak verliest. |
Proces-verbaal | Bij een rechtszaak: een officieel schriftelijk verslag van wat er tijdens een zitting is gezegd. Bij een ongeluk of gebeurtenis: een officieel schriftelijk verslag van de politie, met de belangrijkste feiten over de gebeurtenis. Zoals wat de politie op locatie gezien heeft. En hoe een verdachte of getuige de situatie uitgelegd heeft. |
Pro-deo | Als je niet hoeft te betalen voor een dienst. Zo zijn er advocaten die pro deo werken voor mensen die geen advocaat kunnen betalen. De overheid betaalt dan een groot deel van de kosten. Of soms zelfs alle kosten. Dit hangt af van je financiële situatie. |
Productaansprakelijkheid | Het risico dat je als ondernemer hebt als jouw product of dienst schade veroorzaakt aan een ander. Of aan de spullen van een ander. Het gaat hierbij om producten en diensten die een gebrek hebben. |
Proeftijd | De periode waarin jij of je werkgever de arbeidsovereenkomst direct mag opzeggen. Met je werkgever kun je een proeftijd afspreken. Je werkgever moet deze periode dan schriftelijk vastleggen. De maximale duur van de proeftijd hangt af van hoelang je arbeidsovereenkomst duurt. De proeftijd mag nooit langer duren dan twee maanden. |
Pro-forma / proforma | Iets wat tijdelijk en niet officieel is. Zoals een pro-forma factuur of een pro-forma bezwaar. |
R
Raad van State | De hoogste algemene bestuursrechter van Nederland. En een onafhankelijk adviseur van de regering over wetgeving en bestuur. |
Raamovereenkomst | Een schriftelijke overeenkomst tussen één of meer ondernemers en één of meer publieke of publiekrechtelijke instellingen. Zoals een gemeente, provincie of universiteit. Een raamovereenkomst wordt gebruikt als een instelling voor een langere periode een groot aantal producten of diensten wil kopen. |
Ransomware | Schadelijke software die criminelen gebruikt om bestanden op een digitaal apparaat te versleutelen. Zoals een laptop, smartphone of tablet. De criminelen kunnen de bestanden dan later ontsleutelen in ruil voor losgeld. Dit is een vorm van cybercriminaliteit. |
Recht op uitzicht | Het recht om je vrije uitzicht te bewaren. De buren mogen dus niet bouwen boven een bepaalde hoogte. |
Recht op woongenot | Het recht om in een veilig en geschikt huis te wonen en daarvan te kunnen genieten. En het recht om rustig te wonen. Elke bewoner heeft recht op woongenot. |
Rechtmatig | Volgens de regels van de wet. |
Rechtsbijstand | Juridische hulp. Dit kan bijvoorbeeld juridisch advies, mediation of het voeren van een rechtszaak zijn. |
Rechtsbijstandverzekering | Een verzekering die hulp biedt bij juridische problemen. Je krijgt dan hulp van een rechtshulpverlener. |
Rechtshulp | Juridische hulp. Dit kan bijvoorbeeld juridisch advies, mediation of het voeren van een rechtszaak zijn. |
Rechtshulpverlener | Een jurist die juridische hulp geeft. |
Rechtspraak | Alle beslissingen van rechters op een bepaald gebied of over een bepaald onderwerp. Rechtspraak heet ook wel jurisprudentie. |
Rechtstreeks belang | Als je bezwaar wilt maken tegen een besluit van de overheid, dan moet dat besluit een direct gevolg voor jou hebben. Jij moet er dus direct last van hebben. Als je er last van hebt via iemand anders, dan is dat geen rechtstreeks belang. |
Rechtszaak | Als je een probleem hebt met een ander en de rechter over het probleem laat beslissen. |
Recht van goot | Het recht om boven de grond van je buren een dakgoot te plaatsen. Soms mag je ook opgevangen regenwater laten wegstromen op de grond van de buren. Recht van goot heet ook wel gootrecht. |
Recht van overpad | Het recht om een deel van de grond van iemand anders te gebruiken, zodat je je eigen grond of woning kunt bereiken. Vaak gaat het om de grond van de buren. |
Recht van weg | Het recht om een deel van de grond van iemand anders te gebruiken, zodat je je eigen grond of woning kunt bereiken. Vaak gaat het om de grond van de buren. |
Relatiebeding | Een voorwaarde in de arbeidsovereenkomst die bepaalt dat de werknemer niet voor of met dezelfde klanten, leveranciers en partners mag werken. Dit geldt vanaf het moment dat de werknemer uit dienst is. Een relatiebeding is een vorm van een concurrentiebeding. |
Relay attack | Diefstal waarbij criminelen inbreken in je auto door het signaal van je autosleutel te verlengen. Dit werkt alleen als je een auto met centrale vergrendeling hebt. Relay attack heet ook wel keyless entry autodiefstal. Dit is een vorm van cybercriminaliteit. |
Risicoaansprakelijkheid | Als je aansprakelijk bent voor bepaalde schade, zonder dat deze schade jouw schuld is. |
Roerende zaak | Iets dat niet vastzit aan de grond of een gebouw en je makkelijk kunt meenemen. Zoals een fiets, auto, meubel of huisdier. |
S
Samenlevingscontract | Een contract met alle officiële afspraken die je met je partner maakt als je gaat samenwonen. Zoals welke spullen van wie zijn. En wie in het huis mag blijven wonen als je uit elkaar gaat. |
Secundaire arbeidsvoorwaarden | Alle extra voordelen die je met je werkgever afgesproken hebt. Deze staan in je arbeidsovereenkomst en komen bovenop je salaris. Zoals extra vakantiedagen of een auto van de zaak. |
Seponeren | Als de politie of de officier van justitie besluit om een zaak niet verder te laten behandelen door een rechter. |
Schadeclaim | Een aanvraag bij de verzekeraar voor een schadevergoeding. De verzekeraar vergoedt de schade alleen als deze onder de dekking valt. Een schadeclaim heet ook wel een claim. |
Schadevergoeding | Een vergoeding voor iemands schade. Een schadevergoeding is hetzelfde als compensatie. |
Scheiding van tafel en bed | Als je uit elkaar bent, maar volgens de wet nog steeds getrouwd bent. Bijvoorbeeld omdat je van je geloof niet mag scheiden. Bij een scheiding van tafel en bed moet je hetzelfde regelen als bij een echtscheiding. Denk aan het maken van een ouderschapsplan als je kinderen onder de 18 hebt. |
Schikking | Een afspraak tussen twee partijen om geen rechtszaak te starten. De zaak wordt dan ‘geschikt’. Schikken is vaak goedkoper en sneller dan een rechtszaak. |
Shockschade | De geestelijke schade die je als getuige hebt omdat een naaste gewond is geraakt bij een ongeluk. Dit kan zijn omdat je het ongeluk zag gebeuren. Of omdat je direct na het ongeluk de ernstige situatie zag. |
Schuldaansprakelijkheid | Als je aansprakelijk bent voor bepaalde schade en de schade ook jouw schuld is. |
Schuldvraag | De vraag wie verantwoordelijk is voor een bepaalde situatie. |
Slapend dienstverband | Als een werknemer langer dan twee jaar ziek is en de werkgever de arbeidsovereenkomst niet stopt. |
Smartengeld | Geld dat je kunt krijgen als je lichamelijke of geestelijke schade hebt door de schuld van een ander. De rechter beslist hoeveel smartengeld je krijgt. Het smartengeld is er om je lijden te verminderen. |
Sociaal plan | Een document met afspraken waar een werkgever zich aan moet houden bij een reorganisatie of ontslag of overplaatsing van werknemers. |
Spoedeisend belang | Als je bezwaar hebt gemaakt of in beroep bent gegaan, maar niet kunt wachten op het definitieve besluit. Bijvoorbeeld omdat je huurwoning zulke ernstige gebreken heeft, dat het mogelijk gevaarlijk is voor je gezondheid. Er is dan een spoedeisend belang. |
Spoedprocedure | Een rechtszaak waarbij je de kantonrechter vraagt om met spoed over je conflict te beslissen. Deze beslissing van de kantonrechter is niet definitief. Het is een snelle, tijdelijke beslissing. |
Stille getuige | Een voorwerp of spoor dat is achtergelaten door de dader. |
Strafbaar feit | Een actie die ernstig verboden is volgens de wet en waar je een hoge straf voor krijgt. Zoals diefstal, mishandeling, fraude en rijden onder invloed. Verboden acties die minder ernstig zijn, noemen we een overtreding. De wet bepaalt of iets een strafbaar feit of een overtreding is. Een strafbaar feit heet ook wel een delict of een misdrijf. |
T
Tegemoetkoming | Een vergoeding voor iemands schade. Een ander woord voor tegemoetkoming is compensatie of schadevergoeding. |
Tegenpartij | De andere partij waarmee je een meningsverschil of conflict hebt. Deze partij kan één of meer personen zijn. Of een bedrijf of overheid. Een ander woord voor tegenpartij is wederpartij. |
Testament | Een document waarin staat hoe de erfenis van iemand verdeeld wordt. Een erfenis kan bestaan uit bijvoorbeeld spullen, geld of dieren. Als iemand schulden heeft en overlijdt, dan horen die ook bij de erfenis. |
Tijdelijk arbeidscontract | Een tijdelijk contract met je werkgever. Na de afgesproken periode stopt het contract vanzelf. Behalve als je werkgever het contract verlengt. |
Transitievergoeding | Een vergoeding die je krijgt als je ontslagen wordt. Of als je arbeidscontract niet verlengd wordt. De wet bepaalt op welk bedrag je minimaal recht hebt. Meestal is dat 1/3e van je maandsalaris per gewerkt jaar. |
Transportakte | Een officiële overeenkomst waarmee een woning een nieuwe eigenaar krijgt. De notaris maakt deze akte. De koper en verkoper ondertekenen het document. De transportakte heet ook wel akte van levering, leveringsakte, eigendomsbewijs of eigendomsakte. |
Tussenhuur | De tijdelijke verhuur van een woning waarbij de eigenaar er na de verhuur weer zelf wil gaan wonen. De eigenaar kan hiervoor kiezen als die een tijd weggaat voor werk, studie of vakantie. De huurder vertrekt weer uit de woning wanneer de eigenaar terugkomt. Tussenhuur heet ook wel de diplomatenclausule. |
U
Uitspraak | Beslissing van een rechter of organisatie. |
Uitzendbeding | Een afspraak in je uitzendovereenkomst die ervoor zorgt dat je contract vanzelf stopt wanneer je werk bij de opdrachtgever stopt. Het uitzendbureau hoeft je contract dus niet op te zeggen. Bij een uitzendbeding stopt je contract ook vanzelf als je ziek bent. |
V
Vaderschapsverlof | Verlof voor werknemers met een partner die is bevallen. Dit verlof gaat vlak na de bevalling in. Vaderschapsverlof heet ook wel geboorteverlof, kraamverlof of partnerverlof. |
Vaststellingsovereenkomst | Een overeenkomst met de afspraken die jij en je werkgever gemaakt hebben over jouw ontslag. Je gaat dan allebei akkoord met het ontslag. Een vaststellingsovereenkomst heet ook wel een beëindigingsovereenkomst. |
Vereffenaar | Na een beneficiaire aanvaarding van een erfenis, zijn alle erfgenamen samen vereffenaar. Dit betekent dat zij op de erfenis moeten passen. En moeten zorgen dat de schulden van de overledene zoveel mogelijk betaald worden vanuit de erfenis. |
Vereffenen (erfenis) | Op de erfenis passen. En zorgen dat de schulden van de overledene zoveel mogelijk betaald worden vanuit de erfenis. |
Verjaren / verjaring | Als iets niet meer geldig is omdat een bepaalde periode voorbij is. De wet bepaalt wat deze periode is. |
Verlof | Een periode waarin de werknemer toestemming heeft van de werkgever om vrij van werk te zijn. Er zijn twee soorten verlof: betaald verlof en onbetaald verlof. |
Vernietigen | Ongeldig maken. |
Versterf | Als iemand erfgenaam wordt doordat diegene een familielid of partner is van de overledene. Dus niet omdat er een testament is. |
Verstoring van woongenot | Elke bewoner heeft het recht om in een veilig en prettig huis te wonen. En om daarvan te kunnen genieten. Als dat niet kan, is er een verstoring van woongenot. Dit kan op allerlei manieren gebeuren. Bijvoorbeeld door overlast of achterstallig onderhoud. |
Vertrekpremie | Een geldbedrag dat de werkgever betaalt aan de werknemer bij ontslag. Een vertrekpremie wordt ook wel een opzegvergoeding of ontslagvergoeding genoemd. |
Verweer | Als iemand iets van je eist en jij je hier tegen verdedigt, omdat je het er niet mee eens bent. Of als de tegenpartij in een rechtszaak iets van je vraagt en jij je hier tegen verdedigt. |
Verzuim | Als iemand te laat is om zich te houden aan een plicht of afspraak. Bijvoorbeeld omdat diegene een factuur niet heeft betaald. De wet bepaalt of en hoe iemand in verzuim is. |
Verzoekschrift | Een brief waarin je de rechter vraagt om over je zaak te beslissen. |
Vonnis | Een uitspraak van de rechter. Het gaat hierbij om een procedure die begint met een dagvaarding. |
Voorlopig oordeel | Een uitspraak van de rechter over hoe de oplossing eruit zou kunnen zien. Deze beslissing geldt tot de rechter de zaak opnieuw behandelt en een definitief besluit maakt. Of tot partijen schikken. |
Voorlopige voorziening | Een speciale maatregel waarbij de rechter een tijdelijke beslissing maakt over je zaak. Je kunt om een voorlopige voorziening vragen als je beroep of bezwaar tegen een besluit van de overheid nog in behandeling is. En als je niet kunt wachten op de definitieve beslissing. Bijvoorbeeld omdat er spoed bij is. Je kunt de rechter dan om een voorlopige voorziening vragen. Dit kan bijvoorbeeld bij een kort geding. |
Voorzienbaar / voorzienbaarheid | Als je had kunnen verwachten dat iets zou gebeuren. Of had kunnen gebeuren. Als een zaak voorzienbaar is, valt deze niet onder de dekking van je rechtsbijstandverzekering. |
Vordering | De eis dat je iets krijgt. Zo kun je het loon dat je werkgever nog niet betaald heeft, vorderen. Dit heet een loonvordering. |
W
Waarborgsom | Waarborgsom heet ook wel borg. Bij het huren van een woning of pand: het bedrag dat de huurder aan de verhuurder moet betalen wanneer het huurcontract begint. Als de huurder zich houdt aan de afspraken in het contract, moet de verhuurder de borg terugbetalen aan de huurder. Dit gebeurt wanneer het contract stopt. Bij het kopen van een woning of pand: het bedrag dat de koper soms moet betalen na het tekenen van het koopcontract. Wanneer de koop definitief is, betaalt de notaris de borg terug aan de koper. De borg is meestal 10% van de koopsom. |
Wederpartij | De andere partij waarmee je een meningsverschil of conflict hebt. Deze partij kan één of meer personen zijn. Of een bedrijf of overheid. Een ander woord voor wederpartij is tegenpartij. |
Werkgeversaansprakelijkheid | Het risico dat je als werkgever hebt als je werknemer tijdens het werk een ongeluk of schade krijgt. |
Wettelijk | Volgens de wet. |
Wettelijke aansprakelijkheid | Als je volgens de wet aansprakelijk bent voor schade, en dus niet volgens een contract. |
Wettelijke bedenktijd | Als je iets online, in de winkel of aan de deur koopt, heb je volgens de wet vaak veertien dagen bedenktijd. Dit heet de wettelijke bedenktijd. Binnen deze tijd kun je je koop nog terugdraaien. Je hoeft hier geen reden voor te geven. |
Wettelijke garantie | Volgens de wet heb je voor een bepaalde periode recht op een goed product. Dit heet de wettelijke garantie. Heb je iets gekocht waar wat mis mee is? Dan heb je recht op gratis reparatie, een nieuw product of je geld terug. |
Wettelijke proeftijd | De periode waarin jij of je werkgever de arbeidsovereenkomst direct mag opzeggen. Met je werkgever kun je een proeftijd afspreken. Je werkgever moet deze periode dan schriftelijk vastleggen. De maximale duur van de proeftijd hangt af van hoelang je arbeidsovereenkomst duurt. De proeftijd mag nooit langer duren dan twee maanden. |
Wettelijke vakantiedagen | Het minimale aantal vrije dagen dat je elk jaar krijgt volgens de wet. Dit is 4 x het aantal uren dat je per week werkt. Werk je het hele jaar bijvoorbeeld 24 uur per week? Dan heb je recht op 4 x 24 uur = 96 uur aan vakantie per jaar. Behalve wettelijke vakantiedagen, heb je mogelijk ook recht op bovenwettelijke vakantiedagen. |
Wilsbekwaamheid | Als je zelf iets kunt beslissen en de mogelijke gevolgen van die beslissing kunt bedenken. |
Wilsovereenstemming | Een akkoord tussen twee of meer partijen. Dit betekent dat de ene partij een aanbod doet, en dat de andere partij akkoord gaat met dat aanbod. Een contract kan alleen starten als er wilsovereenstemming is. |
WOZ-waarde | De waarde van je woning, volgens de gemeente. De gemeente bepaalt de WOZ-waarde elk jaar opnieuw. |
Z
Zichttermijn | De periode waarin je als particuliere klant een product of dienst kunt beoordelen en terugsturen als het niet klopt met je verwachtingen. Het gaat hierbij om een product dat je op afstand hebt gekocht. Dus niet in de winkel, maar bijvoorbeeld online of via een tijdschrift. Zichttermijn heet ook wel bedenktijd of herroepingsrecht. |
Ziekteverlof | Als een werknemer ziek is en daardoor niet meer kan werken, dan heeft diegene recht op ziekteverlof. Tijdens ziekteverlof moet de werkgever het loon doorbetalen. |
Zienswijze | Een reactie op een plan of idee van de gemeente. Zoals een ontwerpbestemmingsplan of ontwerpbouwvergunning. In je zienswijze kun je uitleggen waarmee je het wel en niet eens bent. En waarom dat zo is. |
Zitting | Een bijeenkomst in de rechtbank waarbij de rechter over de zaak praat met de betrokken partijen. |
Zorgverlof | Een periode waarin een werknemer vrij is om te zorgen voor naaste die ziek is of hulp nodig heeft. Er zijn twee soorten zorgverlof: kortdurend zorgverlof en langdurend zorgverlof. Langdurend zorgverlof is onbetaald. Bij kortdurend zorgverlof krijg je minimaal 70% van je loon. |
Zwaarwegend belang | Een belang dat zo belangrijk is, dat het zwaarder weegt dan het belang van de ander. |
Zwangerschapsverlof | Een vrije periode waar je als zwangere werknemer recht op hebt. Dit verlof begint in de periode vóór de uitgerekende datum. Je hebt recht op zes weken zwangerschapsverlof. Na de bevalling heb je recht op bevallingsverlof. Zzp’ers hebben ook recht op zwangerschapsverlof. |